Baby’s

Misschien ben je voor het eerst vader of moeder geworden, misschien heb je al wel meerdere kindjes, maar niets is zo sterk als een vader of moedergevoel. Een onderbuikgevoel dat zegt dat het gedrag dat je baby laat zien, niet klopt. Dat het iets nodig heeft of ergens mee zit, maar je hebt geen idee wat. In mijn praktijk kijk ik samen met jou als ouder/opvoeder wat het maakt dat jouw kindje bepaald gedrag laat zien. Gedrag heeft namelijk altijd een oorzaak. Misschien heb je een huilbaby? Een baby die moeilijk/slecht slaapt of een baby die niet tot weinig wil drinken?

Veel van deze voorbeelden vinden de oorzaak in iets wat er tijdens de conceptie, zwangerschap en/of tijdens de geboorte heeft plaatsgevonden. Ze worden ook wel geboortepatronen genoemd. Onze blauwdruk, ook wel het ontwerp van ons gedrag, ons handelen en onze gevoelens wordt tijdens de conceptie, zwangerschap en geboorte gevormd. Sommige baby’s laten meteen al merken dat hier iets mee gedaan moet worden, maar zo kan ook op latere leeftijd hier gedrag uit voortvloeien. Gedurende een zwangerschap is een ongeboren baby volledig afhankelijk van hoe een moeder zich voelt. Niet alleen roken, drank en voeding hebben invloed, ook moedersgevoel. Een ongeboren baby maakt geen ‘eigen’ emoties aan, maar neemt de emoties van zijn moeder over. Voor vader is hier ook een belangrijke rol in weggelegd. Wij kunnen niet 24/7 alleen ondersteunende/positieve emoties hebben. Dat hoeft gelukkig ook niet, maar sommige emoties kunnen wel gevolgen hebben voor een ongeboren baby. Stel dat vader of moeder niet blij is met de zwangerschap of het geslacht. Dat kan een ongeboren baby, hoe klein het ook is al een afwijzing voelen en een overtuiging creëren dat het niet goed genoeg is. Maar een van de ouders of allebei de ouders kunnen ook heel angstig zijn om een kindje te verliezen. Dit wellicht door een miskraam. Niet alleen tijdens de zwangerschap, maar ook tijdens de bevalling kunnen er overtuigingen gecreëerd worden. Baby’s die met een vacuümpomp of een navelstreng om de nek geboren worden, kunnen de overtuiging hebben niet veilig te zijn en angstiger zijn dan andere baby’s. Dit kan ook later in iemands leven opspelen. Het kan ook heel goed zijn, dat jouw kindje hier helemaal geen last van heeft gehad. Baby’s die te vroeg geboren zijn of baby’s die in een couveuse hebben moet liggen, kunnen een verlatingsangst hebben gecreëerd, omdat ze zich niet goed hebben kunnen hechten aan hun ouders. Kortom er kunnen heel veel oorzaken zijn voor jouw baby’s gedrag. Daarom vraag ik altijd naar de geboortepatronen. Nogmaals hoeven geboortepatronen niet altijd de oorzaak van een baby’s gedrag te zijn. Samen met jou/jullie als ouders kijken wij naar de oorzaak van het gedrag, zodat jouw baby snel weer lekker in zijn of haar velletje zit. Voor meer informatie, neem vrijblijvend contact op.